De datering van de aanwezigheid van de eerste Chinezen in ons land was toen de Chinezen in 1911 aangetrokken werden om een internationale zeeliedenstaking te breken, werden zij daarop aangekeken en gekenschetst als 'onderkruipers' die de belangen van de Europese arbeiders schaadden.

De vooroorlogse Chinese gemeenschap bestond voornamelijk uit zeelieden, afkomstig uit de provincie Guangdong in het zuiden van de huidige Volksrepubliek China. Deze gemeenschap werd gekenmerkt door een zeer vlottend karakter. De Chinezen verbleven slechts tijdelijk in ons land in afwachting van een aanmonstering op een van de schepen van Engelse of Nederlandse maatschappijen. Door de aard van hun verblijf was hun vestiging zeer geconcentreerd, voornamelijk in Rotterdam (Katendrecht) en in mindere mate in Amsterdam (Binnenbantammerstraat).[1])



     [1] Chinezen in Nederland, Saskia Voets, 'Demos', Bulletin

       over bevolking en Samenleving, jrg. 4, nr.8, sept. 1988.